Bezig met laden...

Logboek

Les 2: Autorotatie - hoe een helikopter aan de grond zetten zonder motor

Les 2: Autorotatie - hoe een helikopter aan de grond zetten zonder motor

In onze 'tweede les' had ik het graag gehad over een ander begrip dat elke helikopter-enthousiasteling bekend in de oren zal klinken, namelijk de “autorotatie”.

Autoroteren is een manoeuvre waarbij een helikopter veilig aan de grond gezet kan worden in geval van motor- of aandrijffalen. Belangrijk hierbij is dat je als piloot te allen tijde onthoudt dat “Rotor RPM = LIFE” is, zolang het rotortoerental voldoende hoog blijft kan de energie in de rotor gebruikt worden om de helikopter veilig aan de grond te zetten. De aandrijflijn van een helikopter is zo ontworpen dat de rotor kan blijven draaien in geval van motor falen. Vergelijk het met de wielen van een fiets die blijven draaien, ook al hou je de trappers stil.

In onze eerste les zagen we dat de piloot de draagkracht kan vergroten door de collective omhoog te bewegen. Hiermee wordt de aanvalshoek van de rotorbladen vergroot. Dit zorgt ook voor meer sleepkracht. Zolang de motor draait wordt deze kracht overwonnen door het motorvermogen. Eenmaal de motor uitvalt of niet meer voldoende vermogen kan leveren zal de sleepkracht ervoor zorgen dat het toerental van de rotor afneemt. 

De piloot kan dus de sleepkracht verminderen door de collective naar beneden te brengen. Het rotorblad ondervindt dan minder weerstand doordat het meer evenwijdig komt te liggen met de luchtstroming. Denk even terug aan de vorige les waarbij ik de vergelijking maakte met een hand die iemand uit het raam steekt van een rijdende auto. Houdt die persoon zijn/haar hand horizontaal dan voelt deze veel minder luchtweerstand dan als hij/zij met zijn/haar hand verticaal in de wind zit.

Bij plots motorfalen moet de piloot snel reageren en de collective naar beneden brengen. Hierdoor voorkomt hij/zij dat het rotortoerental zo sterk afneemt waardoor een veilige autorotatie niet meer mogelijk is. Door de collective naar beneden te bewegen begint de helikopter te dalen. De luchtstroom zal als het ware van onder naar boven door de rotorschijf stromen. Er ontstaat hetzelfde effect als bij een windmolen waar de wind de wieken doet ronddraaien. 
Ondanks het feit dat de motor geen vermogen meer aanlevert “zweeft” de helikopter dus naar beneden omdat de rotorbladen nog steeds draaien en enige draagkracht produceren. Doordat de hoofd- en de staartrotor mechanisch met elkaar verbonden zijn wordt de staartrotor aangedreven door de hoofdrotor. De piloot kan dus nog steeds het voetenstuur gebruiken.

De ideale voorwaartse snelheid voor een autorotatie ligt lager dan de gewone kruissnelheid.  De daalsnelheid is uiteraard hoger dan deze van een gewone daling maar verwacht geen grote kriebels in de buik en zeker geen rondvliegende voorwerpen in de cockpit. Bij een normale landing hebben we motorvermogen nodig om tot een “hover” te komen en de helikopter neer te zetten aan de grond. In het geval van een autorotatie hebben we dus een andere manier nodig om de helikopter veilig aan de grond te krijgen.

Dit brengt ons bij een ander belangrijk onderdeel van de autorotatie, the flare. The flare wordt geïnitieerd door de stuurknuppel naar je toe te brengen. Hierdoor kantelt de rotorschijf naar achter. The flare heeft een dubbel effect. Enerzijds wordt de daalsnelheid verminderd. Anderzijds wordt de voorwaartse snelheid uit het manoeuvre gehaald. Na korte tijd is het effect van onze flare uitgewerkt en bevinden we ons in een helikopter die met de neus opwaarts is gericht, geen ideale manier om aan de grond te komen. 

Op lage hoogte brengen we de helikopter in horizontale positie door de stuurknuppel (cyclic) naar voor te brengen. Daarop volgt een laatste actie met de collective. Hierbij halen we alle energie uit de rotor om de landing zo zacht mogelijk te maken. Het omhoog bewegen moet gedoseerd gebeuren. We kunnen dit manoeuvre dus slechts éénmaal uitvoeren.

Een succesvolle autorotatie hangt af van verschillende factoren: wind, gewicht, landingsplaats, ondergrond, etc. Afhankelijk van de situatie komt de helikopter neer met geen- of geringe voorwaartse snelheid. 

Wij, als helikopterschool, leggen bij Toran Heli Academy heel sterk de nadruk op het aanleren van dit manoeuvre. Iedere toekomstige piloot moet in staat zijn om zelfs in een situatie van motorfalen de helikopter en inzittenden een veilige landing te bezorgen. Om dergelijk maneuver goed in te studeren is een goede 'FI' of flight instructor van groot belang.

Toran wil graag zijn nieuwe FI Jacob Dewagtere (zie foto) voorstellen. Jacob studeerde met succes Luchtvaarttechnologie aan de VIVES Hogeschool te Oostende en studeerde nadien Cum Laude af aan de VUB als industrieel ingenieur luchtvaart- en ruimtevaarttechniek. Bij Heli-Austria in Oostenrijk maakte hij zijn CPL(H) opleiding af en ging dan aan de slag als helikoptertechnicus bij Air Technology Belgium. Vandaag is Jacob een van de vlieginstructeurs die je de autorotatie perfect kunnen aanleren!    

Colofon

0 Reactie(s)

Laat reactie achter....

Uw email adres zal niet gepubliceerd worden, u dient enkel uw reactie te valideren. Verplichte velden worden aangeduid met *