DHC (Defensie Helikopter Commando NL) oefende begin september met de luchtmobiele troepen in Dokkumer Nieuwe Zijlen. Je leest er meer over in onderstaand artikel dat eerder verscheen in het Defensiemagazine De Vliegende Hollander.
Matrushka’s tegen Babushka’s tijdens Falcon Stoter
Je zal in het – bijna altijd – vredige Dokkumer Nieuwe Zijlen wonen. 33 inwoners telt het Friese gehucht en het is er rustig, hoewel het toch een zogeheten toeristisch overstappunt is. Dat heeft op 8 september zeker met het weer te maken, want die dag komt het met bakken uit de hemel. En juist dan is het dorpje dat in het fictieve land Matrushka ligt, het middelpunt van de strijd met aanvallers uit buurland Babushka. En nee, de namen zijn niet louter toevallig gekozen voor de oefening Falcon Stoter.
Midden in het Dokkumerdiep ligt een klein eilandje, aan de noordzijde door voormalige zeesluizen verbonden met het Friese vasteland, aan de zuidkant zorgt de ophaalbrug over het Dokkumer Grootdiep voor de verbinding. Het eilandje is een bolwerk van troepen van Babushka. Ze hebben zich verschanst rondom restaurant-herberg De Pater, het vroegere tolhuis. Het is aan de luchtlandingstroepen van Matrushka om hen uit te schakelen en beide verbindingen over het water veilig te stellen en zo een bruggenhoofd te slaan
Niet te zien
De Matrushka’s worden gevormd door 13 Infanteriebataljon van 11 Luchtmobiele Brigade. De Stoters – vandaar de naam van de oefening – komen uiteraard niet zomaar uit de lucht vallen. Daarvoor gebruiken ze de nog nagelnieuwe Chinooks van 298 Squadron. Die zijn al wel eerder te horen, maar in de zware regenval en lage bewolking pas op het laatste moment te zien; een goeie dekmantel. Staan de heli’s eenmaal op de grond, stijgen de stoters zo snel mogelijk uit en vliegen de Chinooks dito weer weg. Daarna volgt volgens plaatsvervangend bataljonscommandant majoor Erik van der Linde, het moeilijkste moment voor de luchtmobiele troepen: de inbraak, het eerste vuurcontact met de tegenstander. Dat verloopt goed voor de Matrushka’s en na een uurtje wordt de ophaalbrug veiliggesteld.
Bataljon
Chinooks en luchtmobiele troepen lijken een vaste combinatie, maar het is al even geleden dat een compleet bataljon met de toestellen van het Defensie Helikoptercommando (DHC) trainde. “De afgelopen jaren was dat beperkt tot compagnieniveau”, vertelt Van der Linde. “We zetten nu als substantieel meer mensen in met herstel-, bevoorradings- en geneeskundige troepen.”
Daarbij is er met de nieuwe Chinook al wel heel wat geoefend, maar nog weinig met troepen. “Tot nu toe concentreerde de training zich met name op het vliegen van de helikopter”, vertelt landmacht kapitein Bart van Haperen, GLO (ground liaison officer) van 298 Squadron. “Daarna volgde eenvoudige scenario’s: hoe vlieg je met ladingen, zowel in als onder de helikopter. In september hadden we de eerste grotere oefening; High Blaze in Italië. En nu dus deze.”
Zelfde maar anders
De Chinooks van de tweede wave, iets vertraagd door inmiddels ook onweer, zetten een goed uur later de tweede lading stoters af. Als casevac (casualty evacuation), nemen ze meteen gewonde militairen en krijgsgevangenen mee terug. De luchtmobielers kunnen 24 uur zelfstandig opereren, maar als na enige tijd het hele eilandje van Babushka’s is ontdaan, kunnen Chinooks ook met underslung landen voor grootschaliger bevoorrading.
De Chinook ziet er van de buitenkant weliswaar grotendeels hetzelfde uit, het is toch een andere toestel. “De kist kan meer zelf dan de oude, dus de vraag is, wat laat je het toestel doen en wat doe je als bemanning zelf. Ook de belading is net even anders. Met het oog Falcon Autumn in het najaar is dit een goede voorbereiding”, vervolgt Van Haperen die als GLO de belangen van het squadron bij de oefenstaf van de landmacht behartigt.
Oefendoelen
Een van zijn opdrachten en die van andere luchtmacht-liaisons was kijken of er winst te behalen was in het planproces: niet iedereen die betrokken is bij de uitvoering van de operatie hoeft bij de planning te zijn. En dat werkte.
Een ander oefendoel voor de luchtmacht was samenwerken met de X-300 Integrator, een onbemand verkenningssysteem van de landmacht. “Dat voorzag ons van informatie voorafgaand en tijdens de missie”, legt kapitein Martin van 298 Squadron uit. In de eerste week is hij S3 Air voor de oefening, in week twee leider der oefening van het DHC. “Die informatie konden onze Apaches weer gebruiken om doelen uit te schakelen.”
Generale repetitie
Helikopters opereren voor deze oefening vanaf Vliegbasis Leeuwarden, de zogenoemde staging area. Een vooruitgeschoven post, dichterbij het inzetgebied (dan de thuisbasis). Echt een generale repetitie voor Falcon Autumn die in november gaat plaatsvinden. Dan is de Luitenant-generaal Best-kazerne het startpunt van de luchtmobiele acties.
“We zijn als DHC gewend om met luchtmobiel te opereren, al was het alweer even geleden en zeker op deze schaal”, vat Martin samen. “De hoeveelheid materieel en 400 man personeel verplaatsen, maakte het voor ons zeer interessant en een goeie training.”
Dit artikel verscheen eerst in de september 2022 editie van "De Vliegende Hollander" (klik hier voor het ganse magazine)
Bronvermelding: De Vliegende Hollander - editie 09/2022 (overname met toestemming)
Tekst: Arno Marchand
Foto's: Sectie Communicatie 11 Luchtmobiele Brigade
Copyrights: Ministerie van Defensie (NL) - met onze dank voor de medewerking