In een persbericht heeft Defensie laten weten dat de NH90-helikopter, die 19 juli in het Caribisch gebied in zee is gestort, wordt geborgen.
Defensie heeft dat besloten nadat eerst is onderzocht of het boven water halen van het toestel wel mogelijk zou zijn. Naar verwachting wordt daarmee volgende week reeds begonnen.
Het gaat om het bergen van 2 delen: het staartstuk en de romp van het toestel. Het staartstuk ligt op de plaats van de crash, de romp zowat 100 km noordwestelijk daarvandaan.
Een publiek-privaat samenwerkingsverband, de Maritime Capacity Alliance, en Defensie voeren de berging gezamenlijk uit. Het benodigd materieel is gisteren reeds per Antonov-transportvliegtuig op Curaçao aangekomen. Ook een bergingsschip volgt naar de bergingslocatie.
Zodra de maritieme gevechtshelikopter van de zeebodem is gehaald, worden beide delen overgedragen aan de Inspectie Veiligheid Defensie. Die onderzoekt samen met de Onderzoeksraad voor Veiligheid en het Openbaar Ministerie de toedracht van het ongeval waarbij 2 bemanningsleden, piloot Christine Martens en TACCO Erwin Warnies, om het leven kwamen.
Eerder werd bekend dat op basis van de eerste bevindingen er is geen indicatie is van technisch falen van de NH-90 helikopter. Tot die conclusie kwam de Inspectie Veiligheid Defensie (IVD) naar aanleiding van onderzoek ter plaatse dat samen met de Onderzoeksraad voor Veiligheid is gedaan en de eerste analyse van de gegevens uit de beschikbare bronnen, waaronder de recorder van het verongelukte toestel. Dit beeld werdt bevestigd in een second opinion die werd uitgevoerd door het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR).
Alle vorig informatie over de crash van Nederlandse NH-90 N-324 - klik hier.